Kasteel Nederhemert
De mooie strategische ligging op een eiland in de meanderende Maas kwam het middeleeuwse kasteel Nederhemert eind 1944 duur te staan. Toen lag het ineens midden in de frontlinie en raakte het door beschietingen en een daaropvolgende brand vrijwel geheel verwoest. Nadat Geldersche Kasteelen de ruïne in de jaren zestig kon verwerven, volgde van 2001 tot 2005 een grondige restauratie van dit laatste grote oorlogsschadegeval. Zo kon dit kasteel gelukkig worden behouden en hersteld.
Kasteel Nederhemert in hoogtijdagen
De vroegste vermelding van het kasteel dateert al uit 1310. Het bestond toen uit een rechthoekige woontoren, met daaronder een voor Nederland zeldzaam Boheems gewelf. In de eeuwen daarna werden er steeds meer zijvleugels en torens bij gebouwd, zodat het kasteel geleidelijk kon uitgroeien tot een omvangrijk complex. In 1588 werd het voorzien van een fortificatie, waarvan de gracht om het kasteel nog een overblijfsel is. Een laatste grote verbouwing vond in de 19de eeuw plaats. Het kasteel kreeg toen een gevel in neo-gotische stijl.
Het complex is tot in de jaren 40 van de 20ste eeuw bewoond geweest. Diverse Gelderse, Hollandse en Duitse adellijke geslachten hadden kasteel Nederhemert in bezit, van het geslacht Van Hemert in de beginperiode tot het echtpaar Quadt-Torck in de 17de eeuw en de Bentincks in de 18de eeuw. De familie Van Wassenaer was tot na de oorlogsperiode de laatste eigenaar.
Kasteel Nederhemert in verval
Maar liefst twee etmalen stond kasteel Nederhemert in brand nadat geallieerde troepen het door de Duitsers bezette kasteel eind 1944 onder vuur namen. Met als triest resultaat een volledig uitgebrand complex. Onder meer de zeshoekige toren en de zuidvleugel werden verwoest; slechts wat zwaar beschadigd opgaand muurwerk bleef over. Ook de voorgevel bleef weliswaar overeind staan, maar moest wegens instortingsgevaar toch worden gesloopt.
De toenmalige eigenaar Van Wassenaer zag de restanten steeds verder in verval raken. In 1958 droeg de familie het kasteel over aan de Nederlandse staat, waarbij Staatsbosbeheer de opdracht kreeg het te beheren. In 1962 is het vervolgens in langdurige erfpacht overgedragen aan Geldersche Kasteelen. Herstel moest toen nog wel enkele decennia op zich laten wachten. Het plan was om na herstel van de oorlogsschade aan kasteel Ammersoyen direct door te gaan met de restauratie van het nabijgelegen Nederhemert. De aanvankelijk toegezegde subsidie in het kader van de regeling voor oorlogsschadeherstel bleef echter uit, waardoor de middelen ontoereikend waren om met de herstelwerkzaamheden te beginnen. Het kasteel was inmiddels 21 jaar blootgesteld aan weer en wind toen in 1966 de 16de-eeuwse traptoren deels instortte. De noodzaak van een ingreep werd toen wel duidelijk. Met financiële steun van het Rijk kon Geldersche Kasteelen een nooddak aanbrengen om het kasteel wind- en waterdicht te maken. Hiermee werd voorkomen dat het muurwerk verder inwaterde en nog meer verslechterde.
Het begin van het behoud was ingeluid, al moest het kasteel in de daaropvolgende jaren niet alleen worden beschermd tegen natuurlijk verval maar ook tegen indringers, plundering en vandalisme.
Kasteel Nederhemert behoorde uiteindelijk tot de laatste grote gevallen van oorlogsschade in ons land die aan de beurt waren voor herstel. In 1990 werd eerst nog een brede discussie gevoerd over de aanpak: moest het kasteel volledig worden hersteld of moest het juist als ruïne in stand worden gehouden? De keuze viel op een zorgvuldig afgewogen restauratie, die mede dankzij een subsidie vanuit het Rijk, particuliere giften en andere fondsen, van 2001 tot 2005 eindelijk kon plaatsvinden. Geldersche Kasteelen heeft in die periode, in 2003, ook het eigendomsrecht van het kasteel verworven, voor de symbolische aankoopsom van 1 euro.
De restauratie
De restauratie vond plaats na diepgaand bouwhistorisch en archeologisch onderzoek, waar zorgvuldige keuzes uit voortvloeiden. De ambitie: de bouwmassa van voor 1814 optimaal behouden en herstellen, en authentieke gegevens en materialen maximaal sparen. Zo zijn veel van de bouwsporen uit de geschiedenis van het kasteel zichtbaar gebleven. Tegelijkertijd was het belangrijk het complex geschikt te maken voor toekomstig gebruik, zodat het voor de toekomst kon worden veiliggesteld. Architect Walter Kramer slaagde erin beide te verenigen en voegde bijvoorbeeld moderne elementen toe waar oorspronkelijke bouwmassa was verdwenen. Zo kwam er een grote glazen wand op de plek waar ooit een muur van de 14de-eeuwse woontoren stond.
Kasteel Nederhemert vandaag de dag
Na afronding van de restauratie werd het hernieuwde kasteel Nederhemert in 2005 door koningin Beatrix geopend. Tegenwoordig is het kasteel in gebruik als kantoor en kan het publiek er tijdens Open Monumentendag een kijkje nemen. In de grote zaal hangen onder meer acht levensgrote portretten van het echtpaar Quadt-Torck uit de 17de eeuw en hun 18de-eeuwse nazaten, die GLK heeft kunnen aankopen. Ook zijn in de toren enkele archeologische vondsten tentoongesteld. Zo is een sterk vervormde fles te zien die de verzengende hitte van de brand in 1944 ternauwernood heeft overleefd. Een paar oude bomen bleven tijdens de brand ook gespaard, waaronder de grote mammoetboom naast het kasteel. Ze staan nog altijd fier overeind en zijn te zien vanaf het wandelpad om het kasteel.